Intrede + kruisteken

Op het altaar staat de zevenarmige kandelaar zonder kaarsen maar met een theelichtje daarvoor en er liggen ook zeven ingepakte dozen.
Het is feest vandaag!
Eén na één zullen de pakjes opengemaakt worden door een kind (eerste doos door een papa of mama) bijgestaan door enkele andere kinderen die dan iets moeten doen.

Intredelied

Ga je mee? Zeg niet nee
maar sta op en doe mee.
Zet je voetstappen in die van mij.
Volg het spoor en ga door.
Of ga jij liever voor?
Hup, kom op, sluit je aan in de rij.

1. Welke weg wil je gaan?
En waar wil je naartoe?
Blijf niet zitten waar je zit,
ook al voel je je moe.
2. Loop de weg bijna dood?
Zie je nergens een spoor?
In de verte wordt het licht:
gaat de weg daar soms door?

Welkomstwoord

We beginnen deze viering "in de naam van de vader en de zoon en de heilige geest"
Het is duidelijk feest vandaag. Op het altaar liggen hier een heleboel pakjes klaar.
Ik stel voor dat we eens gaan kijken wat er in zit. Het eerste pakje laten we openmaken door een papa of mama. We hebben ook twee kinderen nodig die een beetje gaan helpen.
• Eerste doos: feest.
een papa of mama doet de doos open
-> Een kind steekt de eerste kaars aan en Alexander plaatst die op de zevenarm.

Welkom: door een kind:
Dag kinderen, dag grote mensen. Hartelijk welkom in deze kinderviering.
Heel bijzonder verwelkomen wij alle kinderen en alle mama's en papa's van wie hun kindje in het voorbije jaar gedoopt werd.
Wij willen vandaag met heel veel vreugde feestvieren.
Wij willen dat doen samen met Jezus onze grote vriend.

-> Pluim voor: mama of papa, kind met kaars, voorlezer.
Je hoorde het al, we vieren vandaag feest. Daarmee gaan wij in het spoor van Jezus; Hij was er graag bij als mensen aan tafel gingen, als mensen feest vierden. Feest vieren is immers iets dat heel erg deugd doet, dat mensen echt blij maakt. En wij hebben ook reden om feest te vieren. Sedert Lichtmis van vorig jaar werden hier meer dan 80 kinderen gedoopt en zo werden zij ook allemaal vrienden van Jezus. Als de mama's en de papa's even hun hand willen opsteken dan zien we ook eventjes waar ze zitten.

Dat was de eerste doos, een "hartelijk-welkom"-doos. Je hebt misschien gezien dat de papa (of mama) en de twee kinderen die geholpen hebben elk een pluim kregen. Dat is ook één van de redenen waarom we feestvieren; iedere keer als we hier samenkomen zijn er heel veel mensen, heel veel kinderen die mee helpen om van deze viering écht iets moois te maken.
Daarom willen we hen graag een pluim geven.
En dan gaan we nu de tweede doos openmaken. We hebben daarvoor drie kinderen nodig.

• Tweede doos: vergeven
een kind doet de doos open
-> Een kind steekt de tweede kaars aan en Alexander zet ze op de kandelaar.
-> Bijbeltekstje: over vergiffenis

Petrus komt bij Jezus. Hij vraagt: "Jezus, als iemand tegen mij misdoet, hoeveel keer moet ik dan vergeven? Zeven maal misschien?" Jezus antwoordt: "Neen, Petrus, niet zeven maal, maar zeventig maal zeven maal. Dat wil zeggen: altijd!"

We maken allemaal wel eens fouten. Van Jezus hoorden we net dat we ook altijd opnieuw aan mekaar vergiffenis moeten schenken. Maar als we iets fout doen, mogen we elkaar om vergiffenis vragen. Ook aan God mogen we vergiffenis vragen. Hij luistert naar ons tot zeven maal zeventig maal. Laten wij dan samen de schuldbelijdenis lezen.

Schuldbelijdenis

Goede God,
wij maken zo vaak fouten
elke keer dat wij niet delen met de mensen rondom ons,
elke keer dat wij kwaad vertellen over anderen,
elke keer dat wij ruzie maken.
Het spijt ons. Wij zouden het zo graag anders willen doen.
Daarom vragen wij: vergeef ons wat we fout doen
en zend ons uw heilige Geest
met uw liefde en uw kracht,
opdat wij het de volgende keren beter zouden doen.

Zang / muziek

LIED: "tot zeven maal zeventig maal"
Tot zeven maal zeventig maal. Vergeef ik een ander zijn schuld.
Tot zeven maal zeventig maal, de Heer heeft met mij ook geduld.

boodschap van de engel aan Maria

Op een dag is Maria aan het werk. Er komt een engel bij haar binnen en zegt:
"Wees gegroet Maria, God houdt van jou en hij heeft mij naar jou gestuurd".
Maria schrikt. "God stuurt een engel naar mij, wat zou dat wel betekenen?"
Maar de engel zegt: "Je moet niet bang zijn. God houdt van jou. Je zal een zoon krijgen en je moet hem Jezus noemen, dat wil zeggen 'God met ons'. Want Jezus zal een heel bijzonder iemand zijn, hij wordt de redder van alle mensen."
Maria schrikt opnieuw en denkt: "Hoe kan dat; ik ben nog niet eens met Jozef getrouwd. En hoe kan ik nu de moeder zijn van Gods zoon?"
Maar de engel antwoordt: "Je moet niet bang zijn. God zal jou helpen."
Nu denkt Maria: "Als God dit wil dan is het goed."
Ze zegt: "Ja, het is goed; ik zal doen wat God van mij vraagt".

¸ Maria krijgt te horen dat zij een kindje zal krijgen. Zij zal zorg moeten dragen voor Jezus, de grote redder van de wereld. Eigenlijk weet ze niet goed of ze dat wel kan, maar ze rekent op Gods hulp. Door ons doopsel krijgen ook wij elke dag opnieuw een grote taak. Wij moeten proberen te leven zoals Jezus, opdat de mensen ook vandaag nog zouden geloven in Gods liefde en opdat ook vandaag nog steeds mensen zouden werken aan de grote Droom van God, zijn rijk van liefde. We kunnen dat niet alleen; net als Maria moeten wij geloven dat God heel dicht bij ons is en dat Hij ons helpt.
We lezen daarom samen de geloofsbelijdenis, om net als Maria 'ja' te zeggen aan God.

Geloofsbelijdenis

Ik geloof in God die onze Vader is.
Hij is de hartklop van ons bestaan.
Hij heeft de wereld aan onze handen toevertrouwd.

Ik geloof in Jezus, Gods mensgeworden woord.
Hij heeft ons voorgeleefd wat liefde is,
hoop en vreugde, sterven en verrijzen.
Hij is midden onder ons aanwezig in woord en teken
totdat Hij alles zal voltooien.

Ik geloof in de Geest die ons tot liefde roept.
Hij schenkt ons aan elkaar als licht en troost,
als brood en vrede, als dank en vergiffenis.
Hij roept ons samen in de gemeenschap van de Kerk.

Maria bezoekt haar nicht Elisabeth

Maria heeft de boodschap van de engel gehoord. Zij begrijpt dat God haar heeft uitgekozen om mama van Jezus te worden. Zij verlangt ernaar om het grote geheim aan haar nicht Elisabeth te vertellen. Ook zij verwacht een kindje. Ze is al oud en kan best wat hulp gebruiken. Maria wil haar graag een handje helpen. Maria maakt de lange reis naar Elisabeth. Ze blijft bij haar. Ze helpt haar waar ze kan.

Maria staat zelf voor een hele grote taak, maar wanneer zij hoort dat haar nicht Elisabeth, die al wat oud is, een kindje zal krijgen, dan moet ze niet lang nadenken. Zij gaat op weg om Elisabeth te helpen. Maria was ook steeds weer heel dienstbaar. Zij was altijd bereid om mensen te helpen. Zo leert zij hoe wij ook kunnen leven. Ook wij worden gevraagd om mensen te helpen.

Broodnodig

Hij geeft brood om te leven en om te verdelen
Goed nieuws,goed nieuws, Jezus is goed nieuws

1. Elke dag een sneetje brood
daarvan wordt je sterk en groot
Jezus breekt en deelt zichzelf
voor de mens in nood
2. Hij brengt liefde in overvloed.
Kijk maar rond zie wat Hij doet.
Goed nieuws voor elkeen in huis.
Kom we zijn hier thuis.

Dankgebed

Algemene pagina met mogelijke hooggebeden

Onze Vader

"Wilt u voor ons bidden?" vragen een paar mensen aan Jezus. "Ja hoor," zegt Jezus, "dat wil ik wel doen. Maar waarom bidden jullie zelf niet?" "Dat mag niet!" roept iemand. "De priesters in de tempel zeggen dat bidden heel moeilijk is en dat zij alleen het kunnen."
Jezus schudt zijn hoofd. "Welnee. Dat is helemaal niet waar. Iedereen mag bidden. Iedereen mag God vragen wat hij wil. En je hoeft echt geen moeilijke woorden te gebruiken. God begrijpt je wel. Je mag alles zeggen, als je maar eerlijk bent."
De mensen kijken Jezus aan. Zou het echt waar zijn? Het lijkt fijn om te bidden, maar ook wel moeilijk. Jezus begrijpt dat. "Ik zal jullie helpen. Ik zal jullie een gebed leren dat je altijd kunt gebruiken." Dan begint Jezus te bidden.

We gaan nu doen wat Jezus ons geleerd heeft; wij gaan samen het Onze Vader bidden.
Mag ik de kinderen vragen om in een kring rond het altaar te komen staan. En aan de grote mensen zou ik willen vragen om aan te sluiten en ook grote kringen te vormen rond deze kring van kinderen. En laten wij dan samen, hand in hand, het Onze Vader bidden.

Vredeswens

We keren nu terug naar onze plaats en ondertussen wensen we elkaar de vrede. Laat het maar heel hartelijk zijn; wens de vrede maar aan veel mensen rond je heen met een warme handdruk of met een zoen.

Broodbreking

Korte tekst:
Wij vieren samen met Jezus rond brood en wijn. We willen net als Hij van hetzelfde brood eten en de wijn delen. We willen ons hele leven met elkaar delen als vrienden van Jezus. Want telkens weer tonen we dat we broers en zussen zijn van elkaar. Elke week opnieuw tonen we dat we met elkaar verbonden zijn door samen maaltijd te vieren.

Communie

Zang / muziek

Here der Heren, Koning der koningen
U wil ik eren. U wil ik lof zingen
Rots aller eeuwen, u bent mijn vesting
mijn vaste burcht, bij wie ik schuil
Eer aan de Vader, eer aan de Zoon,
eer aan de Geest; U heb ik lief.

Eer aan de Vader, die alle dingen schiep
eer aan de Zoon die mij tot kind herschiep

Eer aan de Geest, U maakt ons samen één;
U alleen. U heb ik lief.

Evangelie

Jozef en Maria gaan naar de tempel met hun kindje Jezus. Ze offeren twee tortelduifjes want het zijn arme mensen en meer hebben ze niet. Ze willen samen met de priester aan God vragen of Hij goed voor hun kindje wil zorgen.
Nadat ze bij de priester zijn geweest, komt er een oude man op hen af. Met grote ogen kijkt hij naar de kleine Jezus.
"Wie is die man?" fluistert Maria tegen Jozef, "Wat zou hij willen?"
Jozef haalt zijn schouders op. "Geen idee," mompelt hij, "ik weet het ook niet."
"Jullie kennen me niet," zegt de man, "Ik ben Simeon en ik wil iets vragen. Mag ik jullie kind misschien even vasthouden?"
Maria kijkt hem verbaasd aan. Maar als ze zijn vriendelijke ogen ziet, lacht ze.
"Natuurlijk mag u dat." Voorzichtig legt ze haar baby in de oude gerimpelde handen.
Simeon kijkt naar Jezus alsof het een kostbare schat is. Tranen staan in zijn ogen. "Jullie zullen het niet geloven," zegt hij, "maar hier heb ik mijn hele leven op gewacht. Lang geleden heeft God mij gezegd dat er een bijzonder kind zou geboren worden. Anders dan alle kinderen. En dat is dit kind. Ik weet het zeker."
Jozef en Maria luisteren stil.
Simeon gaat verder. "Jullie kind zal veel mensen gelukkig maken. Er zullen mooie, maar ook verschrikkelijke dingen gebeuren. Ooit zullen jullie veel verdriet om hem hebben.
Maar hij zal een groot licht zijn voor alle mensen."
Dan kijkt Simeon omhoog. "Dank u God dat ik dit kind mocht zien."
Daarna geeft hij Jezus aan Maria terug en loopt de tempel uit.

Zending en zegen

en nu naar huis om dit waar te maken!

De kinderen krijgen nu allemaal een pluim.
De doopschelpen worden uitgedeeld.